donderdag 2 februari 2012

Winnen en verliezen - ofwel F.C. Dakarkids en de OS Nederland

In 2007 organiseerde ik een voetbalwedstrijd tussen Talibe’s en een reeds bestaande voetbalclub. Talibe’s zijn leerlingen van een Koranschool die vaak een redelijk goede conditie hebben omdat zij gemiddeld 12 uur per dag op straat lopen te bedelen om hun lesgeld aan hun leraar de Oustache te kunnen betalen. De jongens hebben meestal een plastic bak of een leeg blik bij zich waarin gekregen etenswaren zoals ongekookte rijst of suiker bewaard kan worden. De grote goudkleurig rode 2,5 liter blikken zijn eigenlijk vergelijkbaar met de Nederlandse collectebussen. Zij hebben het zelfde doel alleen de doelstelling is anders. In Nederland is collecteren inmiddels fondsenwerven gaan heten en er zijn zelfs professionele organisaties die alleen maar bedelacties opzetten en die breed op communicatie en media inzetten om zoveel mogelijk op te kunnen halen. Als de Talibe's dat zouden kunnen dan was hun probleem snel opgelost.  

De tegenpartijen op de voetbaldag waren 4 teams van een lokale voetbalclub. Ook jongens tussen de tien en vijftien jaar oud. In onze wijk heerst grote armoede en 70% van de bewoners is onder de 25 jaar. Zij wonen bijna allemaal in de dicht op elkaar gebouwde in de rechthoekige in U vorm gebouwde familiehuizen. Denk maar een buitenmuur met een ingang. Dan een open plek met links en rechts allemaal kamertjes. Aan het einde van de grote openplek weer een rijtje kamers waarvan de middenkamer meestal groter is en wat luxer want daar woont het hoofd van de familie. In de kamertjes wonen veelal hele gezinnetjes en als de kinderen ouder zijn dan slapen de jongens uit de verschillende gezinnen bij elkaar in een aparte kamer. De meisjes blijven bij de moeder slapen anders bij de grootmoeders.

Om succesvol te kunnen collecteren met je dus draagvlak creëren. Talibe’s doen dat op blote voeten in vieze en gescheurde kleding. Onbehandelde en zichtbare ontstekingen willen ook nog wel eens helpen om extra veel op te kunnen halen. Er zijn goede en slechte bedeldagen. Als het niet lekker gaat dan zitten hele groepen Talibe’s bijeen en bespreken de toestand en bedenken nieuwe strategieën. In Nederland ontwikkeld de overheid vage strategieën om minder aan ontwikkelingslanden te geven vanuit de Nationale Volkspot en de NGO’s die zich van hen afhankelijk hebben gemaakt zijn nu ook de weg een beetje kwijt. Want veel subsidies die de overheid uitdeelde was eigenlijk geleend geld waar veel rente over betaald moet worden. De meer dan 8000 PI’s ofwel Particuliere Initiatieven in Nederland raken ook steeds meer draagvlak kwijt want het Nederlandse volk krijgt de eigen rekening gepresteerd. De meest succesvolle banken in Nederland lijken de voedselbanken te worden. 

In tegenstelling tot jongens die nog een thuis hebben wonen de Talibe’s ietsje minder luxueus en ver van hun familie die in de dorpen zijn achtergebleven. Talibe’s wonen veelal in onafgebouwde huizen waar geen ramen, deuren, geen elektra en sanitaire voorzieningen zijn. De gemiddelde grote van zo’n woongroep is circa 25 jongens met een Oustache die zich ook wel Marabout laat noemen omdat hij zich dan meer status aan kan meten. Vergelijk een Oustache met een lagere school onderwijzer en een Marabout met een leraar op een gymnasium. Het is zeer onzeker of beiden een diploma hebben maar het verschil in kleding maakt al veel duidelijk. Kernactiviteit is de ‘initiatie’ van hun leerlingen in de beginselen van de Koran. Door de jongens te laten bedelen leren zij wat respect en nederigheid is. Er blijft gemiddeld 2 uur per dag over om de Koranteksten uit het hoofd te leren en de oud Arabische schriftuur te oefenen. De Oustache of Marabout heeft meestal een assistent van rond de 18 jaar en die slaat er flink op los als de leerlingen in slaap dreigen te vallen.

Er gebeurde iets wonderlijks op die voetbaldag. Van de vier wedstrijden werden er drie gewonnen door de Talibe’s. Zij waren ongetraind en minder gedisciplineerd dan de ‘echte’ voetballertjes. Die keurig in het gareel met redelijk goed schoeisel en shirtjes als aanstaande winnaars aan kwamen zetten. De felheid waarmee de Talibe’s speelden had kennelijk alles te maken met hun grote frustratie omdat zij als een soort onderklasse en voortdurende verliezers werden beschouwd. Zij zwierven immers dagelijks in ongewassen oude kleding over straat om 1 euro voor de meester en hun eigen eten bij een te bedelen. De trainers van de voetbalschooltjes keken verbaasd en boos naar hun pupillen. Die soms al jaren door hen getraind waren. Hun talentvolle jongens werden weggespeeld door een bende armoedezaaiers?

Op die dag is F.C. Dakarkids geboren. Een voetbalclub voor de allerarmste kinderen. Er wordt geen verschil gemaakt tussen Talibe’s of straatkinderen. Want eigenlijk heb je nauwelijks straatkinderen in Senegal of beter gezegd West-Afrika. Ieder kind woont wel ergens in een eigen thuis of bij een familielid. Er zijn wel weeskinderen maar die worden in 99,9% van de gevallen door andere familieleden opgevangen. Natuurlijk waren de Marabout's niet blij met ons initiatief. Hun beste leerlingen waren vaak ook hun beste bedelaars. Jongens die echter ook op het voetbalveld wilden winnen. Door grote druk uit te oefenen op de Oustache's en Marabout's en hun te wijzen op hun illegale praktijken nam het aantal onofficiële Koranschooltjes in de loop van twee jaar zeer af. Sommige Koranschool leiders gaven hun werk op maar lieten hun leerlingen onverzorgd achter. Het aantal semi-straatkinderen nam daardoor sterk toe.

Ondertussen groeide F.C. Dakarkids voorspoedig. De jongens echter ook. Door samen te gaan met een bestaande voetbalclub konden de ‘kleintjes’ doorschuiven naar de teams met hogere leeftijden van F.C. Mamasport. Heden Dakarkids/Mamasport. En weer groeiden de jongens door. In 2007 was de gemiddelde leeftijd 12 jaar nu vijf jaar later zijn die jongens 17 of ouder. In 2010 werd er aansluiting gezocht met de oudste en bekendste club van Yoff, Renaissance Sportive en werden de drie voetbalclubs de hoofd gebruikers van het lokale stadion. Dakarkids heeft een groots renovatieplan geïnitieerd voor het stadion want dat is hard nodig. En al die werkeloze vaders en jongens willen ook wel eens aan het werk.

 
Wij hebben een paar eenvoudige regels om lid te mogen worden van de voetbalclub. 1. Je moet op een school zitten 2. Je mag niet meer bedelen 3. Je krijgt alleen goede voetbalschoenen en sportkleding als je op alle trainingen aanwezig bent en als je wedstrijden speelt. 3. Als je een grote leerachterstand hebt dan kan je naar onze speciale klasjes. Of wij zorgen voor schoolgeld en begeleiding. 4. Als je wild, ongeremd, onaangepast of ziek bent dan kan je voor kortere of langere tijd in Dakarkids wonen en als het beter met je gaat wordt er een gastgezin gezocht of je kan terug naar eigen familie als er garanties zijn dat je daar serieus wordt genomen. Kort en goed als je gemotiveerd bent dan heb je meer kansen.

Dakarkids speelt graag in op de ambities van de jongens. De transformatie van schijnbare verliezers naar ambitieuze winnaars is een mooi proces om aan deel te nemen. Dakarkids bedelt de schoenen, kleding en andere materialen op lokaal niveau en in Nederland en de jongens doen hun best om er bij te mogen horen. De ambitie van de gemiddelde Nederlander om te helpen kent een eeuwen oude traditie. De zendelingen uit de 19e eeuw doen het niet veel anders dan de ontwikkelingswerkers uit de 21ste eeuw. Zij laten in Nederland van zich horen en dan gaan de digitale collectebussen hun rondes doen. Onlangs heeft Staatssecretaris Ben Knapen op veel A viertjes uitgelegd wat de visie & plannen van de overheid zijn. Eigenlijk heeft hij gezegd dat overheid vindt dat iedereen het maar zelf uit moet zoeken. Knapen lijkt wel zo’n Marbout in een kraakpand (de overheid) die met een oud boekje in onbegrijpelijke taal zijn jongens en hun moeders zoet tracht te houden. Nou geef mij dan maar de ouderwetse collectebus want het echte ‘draagvlak’ loopt op straat.